Chris Götte
22 december 1962 – 17 maart 2001
Chris werd geboren op 22 december 1962 in Haarlem. Haajjjlem, zoals hij dat zelf altijd uitsprak. Hij begon al jong met drummen, eerst op lege wasmiddeltonnen maar al snel daarna op het echte werk.
Op zijn 17de kwam hij naar Kapelle in Zeeland, en al snel was hij een bekende figuur in de Zeeuwse muziekscene. Dat werd nog eens versterkt toen hij ging werken bij een muziekhandel in Kapelle, waar hij half musicerend Zeeland snaren, stokken, bladmuziek en instrumenten verkocht. Hij speelde jarenlang in allerlei coverbands, en zo leerde hij halverwege de jaren ’90 Paskal Jakobsen en Bas Kennis van Bløf kennen. Als Jack & Daniels XL speelden ze op feesten en in café’s. Toen in september 1997 de drumkruk bij Bløf vrijkwam was Chris daarom de aangewezen persoon om die in te nemen. Hij greep de mogelijkheid met beide handen aan, want hij had er altijd van gedroomd om met muziek zijn brood te verdienen.
Hij had niet kunnen vermoeden dat zijn komst de doorbraak voor Bløf zou betekenen, en al heel snel ook. En dat hij zodoende ook al snel professioneel drummer zou worden. Zijn enthousiasme, inzet en drumcapaciteiten maakten van Bløf op slag een band die de regionale bekendheid kon ontstijgen.
Dat gebeurde ook. “Liefs Uit Londen” werd een hit, en Chris dook vol in het opeens zo turbulente bestaan van de band. Vanaf eind 1998 stopte hij met zijn werk in de muziekwinkel, en begin 1999 drumde hij zijn eerste volledige cd in: “Boven”. Die cd bezorgde Bløf ook definitief de status van Nederlandse topband. Chris was naast een trotse genieter ook een harde werker, en het hectische bestaan van de band was hem nooit te gek. Hij was altijd de eerste die dingen wilde doen.
En dat was veel. Toen “Boven” uitkwam en binnen een maand goud werd (toen nog 50.000 exemplaren) speelde Bløf 4 tot 5 keer per week door het hele land. In het najaar vertrok de band naar de Noordpool, en daar werd een record gevestigd: het meest noordelijke popconcert ooit. Dat heeft Chris in elk geval ook op zijn naam.
Bij de eeuwwisseling gaf Bløf een concert op de Dam in Amsterdam, en kort daarop sloot Bløf “Vrienden van Amstel Live” in Ahoy’ in Rotterdam af. “Boven” werd bekroond met een Edison, en meteen daarna, in het voorjaar van 2000, begonnen de voorbereidingen voor het album “Watermakers”. De cd werd in de zomer opgenomen, en zou de laatste studioplaat van Chris worden. Na de opnames vertrok Bløf naar de Olympische Spelen in Sydney, Australië. Bij terugkomst in Nederland was de plaat net uit, en binnen de kortste keren was de “Watermakers” platina (80.000 exemplaren) en stond de cd meerdere weken op nummer 1 in de albumlijsten. Ook voor deze cd kreeg Bløf in 2001 een Edison, die bij Chris thuis belandde.
Chris was enorm trots op alles wat hij met Bløf bereikte. De hits, de gouden en platina platen, de eerste keer Paradiso in Amsterdam uitverkocht, de prijzen, spelen in de Amsterdam ArenA, en nog veel meer. Maar trots was hij vooral op de eerste keer dat Bløf op eigen kracht Ahoy’ uitverkocht, op 15 januari 2001. Het was Chris’ laatste rockoptreden, en daarom wilde Bløf een deel van dat optreden op cd uitbrengen.
Na Ahoy’ begon de band aan zijn tweede theatertournee. Op 17 maart zou er een concert worden gegeven in Schiedam. Dat is nooit gebeurd. Die middag kwam Chris bij een verkeersongeval even buiten Middelburg om het leven.
In de dagen direct na zijn dood werd de website van Bløf overspoeld met condoleances. Op 22 maart werd er in de Zeelandhallen in Goes een herdenkingsdienst voor Chris gehouden. Naast de familie en vrienden van Chris waren er veel collega’s en fans aanwezig. Na de bijeenkomst werd Chris begraven in zijn woonplaats Kapelle.
Hij wordt vreselijk gemist.
“And the skylight is like the skin
For a drum I’ll never mend
And all the rain falls down, Amen
On the works of last year’s man”
(Leonard Cohen, “Last Year’s Man”)